U bent hier

COPs van verschillende soorten warmtepompen

Duurzaam thema:

Als je in een brochure kijkt, kun je de COP van de warmtepomp vinden.

Voor een lucht/water warmtepomp zie je bijvoorbeeld staan dat bij A7/W35 de COP 4,79 is. Dit wil zeggen dat als de buitentemperatuur 7 graden is en de afgiftetemperatuur 35 de COP 4,79 is; deze COP is de verhouding tussen het opgenomen vermogen en het afgegeven vermogen, zoals beschreven in Wat is COP en waarom is dit belangrijk?

Bij een bodem/water warmtepomp is de notatiewijze hetzelfde, maar zijn de letters en getallen anders, namelijk B0/W35 met een COP van 4,65; dit wil zeggen dat, als de temperatuur van het water uit de bron (de bodem) nul graden Celsius is en de afgiftetemperatuur 35 graden, de COP 4,65 is.

Voor een airco ofwel een lucht/lucht warmtepomp is de notatie A7/A20 met een COP van 3,62. Hierbij staat de eerste A (air) voor de temperatuur van de buitenlucht en de tweede voor de afgiftetemperatuur van de lucht binnen.

Voor een water/water warmtepomp (dit is een warmtepomp die gebruik maakt van grondwater of oppervlaktewater) is dit weer anders. Hier vind je W10/W35 met een COP van 6,51. Hier staat de eerste W voor de temperatuur van het grondwater dan wel oppervlaktewater en de tweede W voor de afgiftetemperatuur. Omdat een echte water/water warmtepomp weinig voorkomt, wordt die in dit stukje niet verder beschreven.

De notatie en de waarden van de bron- en afgiftetemperatuur zijn net als de COP conform Nederlandse en Europese normen (NEN-EN 14511-2), waarin ook de manier van het bepalen van de COP is vastgelegd. Ook zijn er eisen aan de minimale waarden van de COP bij de gegeven temperaturen. Voor de bodem/water warmtepomp moet de COP bij B0/W35 minstens 3,50 zijn en voor een lucht/water warmtepomp bij A7/W35 moet de COP minimaal 2,85 zijn. Voor een airco zijn in de norm geen specificaties opgenomen.

Doordat de opgegeven temperaturen verschillend zijn, is het lastig om een snelle vergelijking te maken tussen de prestaties van de verschillende typen. Om een goede vergelijking te maken moeten de opgegeven waarden eerst op één lijn gebracht worden. Bovendien is de brontemperatuur van een bodem/water warmtepomp praktisch nooit nul, maar varieert tussen de 5 en 10 graden, afhankelijk van het seizoen. In de winter wordt er meer warmte aan de bodem onttrokken dan in het voor- en naseizoen, terwijl de bron in de zomer wordt opgewarmd voor het volgende stookseizoen via koeling van het huis. Ook de airco en lucht/water warmtepomp kunnen het huis koelen, maar daar wordt de opgenomen warmte aan de buitenlucht afgegeven. Voor deze laatste twee wordt bij het koelen ook de compressor gebruikt, waardoor het elektriciteitsverbruik ook hoger is dan bij een bodem/water warmtepomp, die alleen de bron- en de cv-pomp gebruikt.

Bij het vergelijken van de COPs is gebruik gemaakt van een stooklijn die bij een buitentemperatuur van 13 graden onder nul een afgiftetemperatuur van 45 geeft en bij een buitentemperatuur van 21 graden boven nul een afgiftetemperatuur van 20. De meeste warmtepompen stoppen overigens meestal al bij een buitentemperatuur van 16 graden. Als afgiftetemperatuur van een lucht/lucht warmtepomp wordt 20 graden aangehouden. In het volgende plaatje zie je de COPs als functie van de buitentemperatuur.

Wat opvalt is dat de COP van een bodem/water warmtepomp licht varieert met de buitentemperatuur en de lucht/lucht warmtepomp vrij sterk. De lucht/water warmtepomp zit daar een beetje tussen in.

Op basis van deze grafiek zijn wel een paar conclusies te trekken.

Stel dat het transmissieverlies bij 10 graden onder nul en een binnentemperatuur van 20 graden 7kW is, dan kun je berekenen dat:

  • een bodem/water warmtepomp een vermogen moet hebben van 7,4 kW,
  • een lucht/water warmtepomp 12,9kW
  • en een lucht/lucht warmtepomp 16,2.

Dit wil zeggen dat een lucht/lucht warmtepomp als enige vorm van verwarming niet geschikt is; zo’n systeem kan hoogstens aanvullend zijn voor een ander verwarmingssysteem.

Bij de lucht/water warmtepomp heb je verschillende mogelijkheden: 

  • Je kunt kiezen voor een all-electric warmtepomp met het berekende vermogen,
  • maar je kunt ook kiezen voor een warmtepomp met een vermogen van 7kW en dan voor de erg koude dagen gebruik maken van elektrische bijverwarming (tot 6kW). Deze vorm van bijverwarming is erg duur, maar bedacht dient te worden dat gemiddelde temperatuur in de winter 5,5 graden is, wat betekent dat het aantal dagen per jaar met elektrische bijverwarming erg beperkt is.
  • Verder zou je de lucht/water warmtepomp kunnen combineren met een gasketel, die bijspringt als het erg koud is. Dit is een hybride systeem, waarbij een warmtepomp met een vermogen van 5 kW al voor het grootste deel van het jaar in de verwarming voorziet.

Ook bij een bodem/water warmtepomp kun je kiezen voor een lager vermogen, waarbij je dan voor de erg koude dagen de elektrische bijverwarming laat bijschakelen.

Op basis van het bovenstaande zou je kunnen zeggen dat een bodem/water warmtepomp de voorkeur verdient boven de andere vormen van verwarming. Maar een bodem/water warmtepomp kan niet altijd. Er moeten namelijk bronnen geboord worden en dat kan niet overal. Verder heeft een appartement in het algemeen geen grond om in te boren. Verder is de investering in een bodem/water warmtepomp fors hoger dan in een airco of een lucht/water warmtepomp; er moeten namelijk bronnen geboord worden.

heeft u na het lezen van de informatie over dit onderwerp nog vragen, klik dan op onderstaande link en kunt u de vragen direct voorleggen aan onze deskundigen

https://veldhovenduurzaam.nl/forums/warmtepompen