U bent hier

De beta-factor en wat kun je er mee

Duurzaam thema:

De beta-factor en wat kun je er mee.

Wat is nou toch die beta-factor die bij het dimensioneren van een warmtepomp een rol speelt?

De beta-factor geeft het deel (een waarde tussen 0 en 1) aan dat een warmtepomp levert ten opzichte van de totaal benodigde warmte (het transmissieverlies) om bij een buitentemperatuur van 10°C onder nul in huis een temperatuur van 20 graden te behouden. Voor het berekenen van het transmissieverlies, zie het item ‘Berekenen van het benodigde vermogen van een warmtepomp’.

Zie de grafiek hieronder (met dank aan de Vereniging Warmtepompen).

De som van het rode en het groene vlak is de totale warmtebehoefte voor een heel jaar.

Stel dat je gekozen hebt voor een beta-factor van 0,5 dan levert de warmtepomp de energie weergegeven door het groene vlak. Het rode vlak geeft de warmte aan die door een tweede bron wordt geleverd, bijvoorbeeld een gasketel of een elektrisch verwarmingselement. Het rode vlak is klein ten opzichte van het groene vlak. In de tabel hieronder staat aangegeven dat bij een beta-factor van 0,5 de warmtepomp 95% van de vraag naar warmte levert.

Op de horizontale as staat de temperatuur per dag voor de die dagen dat er verwarming nodig is, gesorteerd van laag naar hoog. Het bereik loopt van 10 graden onder nul tot 16 graden boven nul, omdat een warmtepomp in het algemeen stopt bij de laatste temperatuur. Op de verticale as staat het percentage van het vermogen dat nodig is om het huis op de gewenste binnentemperatuur te houden. Bij 10 graden onder nul is benodigde vermogen dus 100%.

In bovenstaande tabel vind je bij de verschillende beta-factoren het percentage van de totale warmtebehoefte per jaar dat een warmtepomp levert.

Voor een hybride warmtepomp wordt een beta-factor van maximaal 0,6 geadviseerd; de warmtepomp levert in dat geval al 98% van de benodigde warmte op jaarbasis. De gasketel levert de rest.

Voor all-electric oplossingen wordt een beta-factor van minstens 0,6 geadviseerd. De warmtepomp levert dan al praktisch 98% van de jaarlijkse warmtebehoefte. In uitzonderlijke gevallen zal elektrische bijverwarming nodig zijn.

Van 2013 tot en met 2022 zijn er in Zuidoost-Brabant vijf dagen geweest waarop de minimum temperatuur 10 graden onder nul of lager was, waarvan drie in 2021. De gemiddelde dagtemperatuur was op die dagen zo’n 6 graden onder nul.

Zoals beschreven in het item ‘COP’, is de COP van een warmtepomp niet constant, maar hangt af van de buitentemperatuur en de te leveren temperatuur van het water voor verwarming.

Voorbeeld: Stel dat je bij 10 graden onder nul 6kW nodig hebt om een binnentemperatuur van 20 graden te handhaven. Als je dan een lucht/water warmtepomp hebt met een COP van 5,0 bij A7/W35, dan is die bij 10 graden onder nul nog maar 2,7. De warmtepomp moet dan een vermogen hebben van 11kW (5/2,7 maal 6kW). Als je in dit geval kiest voor een beta-factor van 0,7, dan heb je geen 11kW nodig, maar 8.

Doordat de COP van een bodem/water warmtepomp niet afhankelijk is van de temperatuur van de buitenlucht maar van de bodem, daalt de COP slechts minimaal. Dus stel dat je een warmtepomp hebt met een COP van 4,5 bij B0/W35, dan is de COP bij 10 graden onder nul nog 4,3. De warmtepomp moet dan een vermogen hebben van 6,3 kW, hetgeen afgerond 6 kW is.

Je zou kunnen concluderen dat de beta-factor alleen een rol speelt bij lucht/water warmtepompen.

Om overbelasting van het elektriciteitsnet te voorkomen, is het dan verstandig om te kiezen voor een hybride systeem of voor een all-electric systeem met voldoende vermogen.

heeft u na het lezen van de informatie over dit onderwerp nog vragen, klik dan op onderstaande link en kunt u de vragen direct voorleggen aan onze deskundigen

https://veldhovenduurzaam.nl/forums/warmtepompen